WLAN en Wi-Fi in het groen hetzelfde betekenen? Verre van dat. Veel mensen gebruiken de termen synoniem, maar strikt genomen beschrijven ze iets anders. De achtersteven verduidelijkt het.
Tempo’s zijn zakdoeken, maar niet elke zakdoek is een Tempo, net zoals niet elke instant foto een Polaroid is. Tempo en Polaroid zijn echter perfecte voorbeelden van hoe merken muteren in woorden die in het dagelijks taalgebruik worden gebruikt. Als we het over snelheid hebben, weet iedereen wat we bedoelen.
En het is hetzelfde met WLAN en Wi-Fi. Als je naar het Wi-Fi-wachtwoord vraagt, krijg je het wachtwoord voor het draadloze thuisnetwerk. Ook al is dit taalkundig niet 100 procent correct, want de twee termen worden vaak door elkaar gebruikt. Er zijn echter subtiele verschillen die de moeite waard zijn om nader te bekijken.
WLAN en Wi-Fi: overeenkomsten en verschillen
WLAN, kort voor “Wireless Local Area Network”, verwijst naar een draadloos netwerk. In het dagelijkse taalgebruik noemen we het ook graag een thuisnetwerk, wat duidelijk maakt dat het WLAN in een beperkt gebied werkt, namelijk bij ons thuis. Natuurlijk zijn er ook openbare netwerken die voor iedereen toegankelijk zijn, bijvoorbeeld in een café. Maar ook hier werkt het openbare netwerk alleen in een specifiek gebied, in dit geval in en rond de locatie.
Wi-Fi daarentegen is de afkorting voor “wireless fidelity”, wat vertaald kan worden als “draadloze trouw”. Wi-Fi is echter iets meer, namelijk een merknaam die is bedacht door de zogenaamde Wi-Fi Alliance. Dit is een organisatie van de netwerkindustrie. Tot de belangrijkste sponsors behoren zwaargewichten als Apple, Cisco, Dell, Sony en Qualcomm. Wi-Fi beschrijft een standaard voor draadloze netwerkverbindingen. Om het Wi-Fi certificaat van de Wi-Fi Alliance te mogen dragen, moeten producten aan bepaalde eisen voldoen.
Belangrijk: Dit betekent niet dat apparaten zonder certificaat niet kunnen communiceren met de Wi-Fi-standaard. Het is daarom niet absoluut noodzakelijk dat een apparaat gecertificeerd is door de Alliance. Opmerking: Alle apparaten met Wi-Fi-functionaliteit maken verbinding met een draadloos netwerk (WLAN). Niet elk draadloos netwerk gebruikt echter de Wi-Fi-standaard voor communicatie. Bluetooth, LTE, 5G of satellietcommunicatie zijn voorbeelden van andere draadloze communicatiestandaarden.
Wi-Fi standaarden in een oogopslag
Maar laten we even bij Wi-Fi blijven, het is tenslotte de gebruikelijke communicatiestandaard voor ons thuisnetwerk. Tijdens de ontwikkeling heeft de Wi-Fi Alliance verschillende draadloze standaarden geïntroduceerd. In wezen is de bandbreedte van Wi-Fi, d.w.z. de banen op de gegevenssnelweg, verbeterd. Daarnaast is ook het bereik van de draadloze standaard gestaag toegenomen.
Ingenieurs bereiken beide door de frequenties te veranderen waarop Wi-Fi uitzendt – vergelijkbaar met radiogolven. In 2025 is het je misschien al opgevallen dat de meeste routers met twee verschillende frequentiebanden werken. Korte golven, d.w.z. hoge frequenties, bieden meestal meer bandbreedte, d.w.z. gegevensdoorvoer, terwijl lange golven een grotere afstand bestrijken.
De volgende Wi-Fi-standaarden bestaan:
- Wi-Fi 1 (IEEE 802.11b) bood een maximale transmissiesnelheid van 11 megabits per seconde (Mbps) en werd in 1999 in gebruik genomen.
- Wi-Fi 2 (IEEE 802.11a): 802.11a werd tegelijkertijd met 802.11b geïntroduceerd en levert tot 54 Mbps, maar werkt op hogere frequentiebanden, waardoor het bereik kleiner is.
- Wi-Fi 3 (IEEE 802.11g): Deze standaard werd geïntroduceerd in 2003 en combineert de voordelen van 802.11a en 802.11b door tot 54 Mbps te bieden met een groter bereik.
- Wi-Fi 4 (IEEE 802.11n): Geïntroduceerd in 2009, vergroot 802.11n het bereik en verhoogt de overdrachtssnelheid tot 600 Mbps.
- Wi-Fi 5 (IEEE 802.11ac): Ondersteunt snelheden tot meerdere 1,3 gigabits per seconde (Gbps) en werd geïntroduceerd in 2014.
- Wi-Fi 6 (IEEE 802.11ax): Deze momenteel veelgebruikte versie werd geïntroduceerd in 2019 en biedt een maximale bandbreedte van 11 GBit/s.
- Wi-Fi 7 (802.11be): De nieuwste Wi-Fi-standaard uit 2024. Zendt maximaal 46 GBit/s uit en biedt voorlopig drie frequentiebanden (2,4, 5 en 6 GHz)
Wetenswaardigheden over de Wi-Fi-standaard
Belangrijk: Wi-Fi is achterwaarts compatibel, wat betekent dat een smartphone met Wi-Fi 5 altijd verbinding kan maken met een Wi-Fi 7-netwerk. Bij het opzetten van je thuisnetwerk is het het makkelijkst om altijd een router met de nieuwste Wi-Fi te gebruiken. Dit is echter lang niet altijd noodzakelijk. Of een Wi-Fi 6-model helemaal voldoet, hangt immers altijd af van hoeveel apparaten er in het netwerk zitten.
Het is bijvoorbeeld ook logischer om het geld voor een dure Wi-Fi 7 router te besparen en in plaats daarvan te investeren in een mesh-netwerk dat misschien “alleen” met Wi-Fi 6 werkt. Een mesh-netwerk biedt meerdere toegangspunten en kiest altijd automatisch degene met de beste signaalsterkte. Wat je echter niet wilt, is dat je thuisnetwerk de bottleneck wordt van je internetbandbreedte.
Dit is bijvoorbeeld het geval als je een bandbreedte van 1000 MBit/s bestelt bij je provider, maar je router met zo’n oude Wi-Fi-standaard werkt dat hij de geleverde bandbreedte niet kan benutten, maar slechts 600 MBit/s, zoals het geval is met Wi-Fi 4. Als dit het geval is, moet je de bandbreedte bij je provider verlagen of je router vervangen.