Waarom maken we surprises voor Pakjesavond?

In de weken voor Pakjesavond grijpen we in hobbykamers, op zolders en in garages in het geheim massaal naar papier, karton, mes, schaar, verf en lijm om iets moois te maken. Of er wordt in huis druk gezocht naar een voorwerp om er iets in te kunnen verbergen. Met de resultaten ervan willen we elkaar met Sinterklaas verrassen, daarom spreken we van een surprise. Maar waar komt deze traditie vandaan?

Het historisch onderzoek ernaar is schaars, maar de surprise zoals we die nu kennen zou in de 19e eeuw zijn intrede hebben gedaan in het Sinterklaasfeest. Het plagerige element zagen we toen ook al. Irene Stengs, bijzonder hoogleraar antropologie van ritueel en populaire cultuur, zegt daarover het volgende: “Ik las een oude anekdote van ergens rond 1860 waarbij een enigszins vervelende man, een rector van een school, van zijn leerlingen zijn hele naam met al zijn doopnamen erbij in banketletters kreeg. Er werden plotseling allemaal planken binnengedragen, waarvan hij een beetje schrok. Het was waarschijnlijk ook bedoeld om een beetje de draak met deze man te steken.”

Het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed ziet de eerste bewijzen voor het bestaan van de surprise in de 15e eeuw. Adellijke lieden lieten op de avond van 5 december knollen, citroenen of andere vruchten in huis verstoppen. Daarin zat dan de verrassing verstopt. Een voorbeeld is te zien in het schilderij ‘Het Sint Nicolaasfeest’ van Jan Steen (ca. 1665-1668, hier links afgebeeld) dat in het Rijksmuseum hangt. Op de tafel rechtsonder kun je een appel met een muntstuk zien liggen.

In het onderstaande gedicht uit 1826 van Jan van Walré hint de dichter op een verrassing in de vijg die hij aan zijn nichtje Emilia Dalen geeft.

Het Paard van Sinte Klaas bedankt wel voor het hooy: ’t was kostelyk van smaak: dus dacht hy aan de fooy en zendt Emilia een vygje, malsch als boter. Kersch versch door hem gelegd en waard een dubblen stooter voor die er veel van houd. Doch mogt de vrucht u niet bevallen zie dan wel wat u zyn kern biedt.”

Vanaf de 20e eeuw zijn mensen vooral met scharen in plaats van vruchten in de weer. Maar het maken van surprises was lange tijd voorbehouden aan de gegoede burgerij. Armere gezinnen deden er niet aan. De surprise als volksfenomeen is er een van de moderne geschiedenis. Stengs: “Ik denk dat je dat dan wel moet koppelen aan de burgerij, eerder dan aan de armste mensen uit die tijd. Daar kregen kinderen misschien één snoepje of een appel. Het is een katholieke viering, maar na de Reformatie krijgt het een wat meer protestantse invulling. De religieuze dimensies verdwijnen door de nadruk te leggen op een gezellige familiegebeurtenis en Pakjesavond.”

De bourgeoisie (uitgesproken als: [boer-zjwaa-zie]) sprak vroeger veel Frans. Daarom is het ook niet vreemd dat we van een surprise spreken en niet gewoon van een verrassing. Maar dat verrassingscomponent van het sinterklaasfeest is niet voor iedereen even prettig. Je trekt bijvoorbeeld het lootje met de naam waarvan je vooraf vurig hoopte dat je hem niet zou trekken. En dan moet je ook nog je creativiteit aanzwengelen. Voor sommige mensen genoeg reden om het sinterklaasfeest stilletjes voorbij te laten gaan en te wachten op de Kerst.

(Bron afbeelding: Lady Lemonade)

Waarom is ‘Wie is de Mol?’ zo’n groot succes?

Gisteren was alweer aflevering drie van Wie is de Mol? seizoen 19 op televisie, met weer een onwijs grote cliffhanger aan het eind. Hoe dit afloopt, zullen we pas volgende week te weten komen… Dan rijst bij mij de vraag waarom Wie is de Mol? zo’n groot succes is (en blijft)?

Het lijkt best een kinderachtige formule: volwassen mensen die in een ver land een spelletjesparcours afleggen, terwijl één deelnemer de rest voor de gek houdt.

Het succes is voor een groot deel te danken aan de slimme montage. Kijkers raken verslaafd aan de hints die de programmamakers geven in de speurtocht naar de mol. Het is spannend als iemand zich anders voordoet dan hij is. Als kijker wil je die persoon ontmaskeren. Het kan zelfs leiden tot complottheorieën en tunnelvisie. Jij weet zeker dat hij of zij de mol is. 

En die overtuiging activeert weer genotstofjes in je hoofd waardoor je maar wat graag wilt blijven kijken. Verslavende tv dus, kijkers moeten na afloop ook echt afkicken. 

(Bron afbeelding: YouTube-kanaal Wie is de Mol?)