NL-Alert-controlebericht: wat moet je erover weten?

Als het ooit helemaal misgaat in Nederland is er één technologie die zeventien miljoen Nederlanders daarvan op de hoogte kan stellen: NL-Alert. Dit moet je erover weten volgens NU.nl.

Als alles goed is gegaan, ontving je vandaag stipt om 12.00 uur op je smartphone een bericht met de tekst: “Dit is een NL-Alert-controlebericht. U hoeft niets te doen.”, geheel met bijbehorend alarmsignaal. De overheid verstuurt elk half jaar zo’n controlebericht. De check is vergelijkbaar met de maandelijkse test van de sirenes.

NL-Alert is een systeem dat de overheid gebruikt om burgers voor gevaar te waarschuwen. Het systeem wordt ingezet bij bijvoorbeeld een aanval van een buitenlandse macht, een natuurramp of bij extreme drukte in de stad. Dit jaar werd op 22 maart een NL-Alert uitgestuurd om mensen te wijzen op de belangrijkste instructies om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. De melding werd landelijk verspreid vanuit het Nationaal CrisisCentrum (NCC) in Den Haag. In het bericht stond bijvoorbeeld het advies om 1,5 meter afstand tot anderen te houden. Ook werd ontvangers gevraagd thuis te blijven bij verkoudheids- of griepklachten.

Hoe werkt het NL-Alert?

NL-Alert werkt op basis van cellbroadcast. Dat is een gsm-standaard die ergens tussen mobiele telefonie en sms in zit. Met de techniek kunnen berichten ook naar telefoons worden verstuurd als het netwerk bijvoorbeeld overbelast is.

De overheid zette in 2008 voor het eerst stappen richting de inzet van het NL-Alert. Het jaar erop moesten de eerste tests uitgevoerd worden, maar de praktijk bleek weerbarstig. Daarom werd het NL-Alert pas eind 2012 in gebruik genomen. In december van dat jaar werd het eerste bericht verstuurd. Daarmee werden mensen gewaarschuwd voor een brand in de Groningse plaats Tolbert.

Bereikt het NL-Alert iedereen in Nederland?

In principe is het NL-Alert ingericht voor Nederlanders met een mobiele telefoon. Inwoners zonder mobiele telefoon ontvangen het bericht niet. Wel wordt het NL-Alert op steeds meer openbare plekken getoond. Zo worden de berichten inmiddels ook verzonden naar bushaltes, zodat mensen zonder telefoon de tekst daar kunnen lezen. Dit keer worden de testberichten voor het eerst ook op NS-informatieschermen getoond.

Het vorige controlebericht werd op 8 juni van dit jaar verzonden. Het bericht werd door 90 procent van de Nederlanders van 12 jaar en ouder op de mobiele telefoon ontvangen. Het bereik onder ouderen lag ook hoog: driekwart van de 75-plussers ontving het controlebericht.

Werkt het NL-Alert al perfect?

Het NL-Alert werkt doorgaans zoals het hoort, al zijn er vaak nog gebruikers die het bericht helemaal niet ontvangen. In het verleden gebeurde dat bijvoorbeeld in Flevoland, waar een onderzoek werd ingesteld. Ook in Noord-Brabant en Utrecht werd al eens naar dergelijke problemen gekeken. Daarnaast zijn er gevallen bekend waarbij ontvangers niet één, maar soms wel tien meldingen tegelijk kregen. De oorzaak daarvan is niet bekend.

Hoe kun je het NL-Alert instellen op je telefoon?

Bij de meeste telefoons staat de mogelijkheid om NL-Alerts te ontvangen standaard ingeschakeld. Op smartphones van bijvoorbeeld Apple en Samsung gebeurt dat automatisch.

Wil je controleren of jouw telefoon NL-Alerts ondersteunt? Ga dan op Android naar Instellingen > Draadloos netwerken > Meer > Nooduitzendingen. Heb je een iOS-toestel? Ga dan naar Instellingen > Berichtgeving > Noodmeldingen. De menu’s kunnen overigens per telefoon verschillen. Op de website van NL-Alert staat een overzicht met veelgestelde vragen en verwijzingen naar instructies, om je telefoon handmatig kunt configureren.

Bestaat er ook een NL-Alert-app?

Eerder dit jaar is een officiële NL-Alert-app uitgebracht. De app is een aanvulling op het bestaande systeem voor het NL-Alert en is in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid door een externe partij ontwikkeld. Met de app kunnen gebruikers pushberichten over noodsituaties ontvangen.

In april bleek echter dat een datalek in de app was ontdekt. Daardoor zijn locatiegegevens en mogelijk andere persoonsgegevens van gebruikers bij een externe notificatiedienst terechtgekomen. Minister Ferd Grapperhaus schreef eerder in een brief aan de Kamer dat hij de dienst heeft verzocht de verzameling van data via de app “per direct te staken en de al verzamelde data te vernietigen”. Ook is het datalek gemeld bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Gebruikers werd aangeraden de app te verwijderen.

(Bron afbeelding: Deventer RTV)

Nobelprijs voor Scheikunde 2019

De Nobelprijs voor Scheikunde 2019 is toegekend aan John B. Goodenough, M. Stanley Whittingham en Akira Yoshino voor de ontwikkeling van lithium-ionbatterijen.

Lithium-ionbatterijen voeden veel van onze elektrische apparaten. Wanneer lithium-ionbatterijen worden opgeladen, verplaatsen lithiumionen en elektronen zich van de positieve elektrode naar de negatieve elektrode. Wanneer de batterij wordt ontladen, gebeurt het tegenovergestelde en de stroom van elektronen voedt het apparaat.

In de jaren zeventig creëerde Whittingham de eerste functionele lithiumbatterij met een titaniumdisulfide-kathode en lithiummetaal-anode. Het lithiummetaal maakte het explosief en onveilig.

In de jaren tachtig gebruikte Goodenough een kobaltoxide-kathode in plaats van een metaalsulfide. Dit verdubbelde de spanning van de batterij, maar het bevatte nog steeds lithiummetaal in de anode.

Yoshino verving de lithiummetaal-anode door petroleumcokes, een bijproduct op koolstofbasis van de olie-industrie. Dit leidde tot commerciële lithium-ionbatterijen in 1991.

Waarom doet dit onderzoek ertoe?
Veel van de apparaten die we gebruiken worden aangedreven en mogelijk gemaakt door lithium-ionbatterijen. Ze worden ook vaak gebruikt in milieuvriendelijke elektrische auto’s. Verbeteringen aan deze batterijen worden nog steeds doorgevoerd.

(Bron afbeelding: Compound Interest)

Welke reis legt je koffer af om in het vliegtuig te komen?

Mijn zomervakantie is écht begonnen! Aanstaande dinsdag vlieg ik vanaf Schiphol naar Curaçao om twee weken lekker uit te rusten en te gaan genieten van het eiland. Nieuwsgierig dat ik ben, ben ik wel benieuwd naar de weg die mijn koffer aflegt naar het vliegtuig…

Schiphol verwerkt jaarlijks zo’n 70 miljoen passagiers die met z’n allen nog eens 50 miljoen stuks bagage met zich meebrengen. We weten hoe onze bagage uit het zicht verdwijnt na het inchecken en we kennen allemaal het beeld van de tientallen tassen en koffers op de lopende banden. Maar wat gebeurt er met onze bagage als ze uit het zicht verdwijnen?

Iedere passagier moet zijn bagage inchecken die we vervolgens zien verdwijnen in een zwart gat. Schiphol heeft een kleine 50 kilometer aan transportbanden liggen. Soms is de bagage bijna een half uur onderweg, het ligt er dan wel aan waar het is ingecheckt en waar het naar toe moet. De langste rit die je koffer kan maken, is zo’n tweeënhalve kilometer.

Eerst komen ze op de transportbanden terecht waar ze geïdentificeerd worden. De informatie wordt gescand zodat het systeem weet waar de koffers naar toe moeten. Ook worden ze gescreend om te zien of de inhoud veilig is. Daarna gaan de ‘koude koffers’ naar een buffer, dat is een opslagplaats voor koffers van passagiers die hun bagage vroeg hebben ingecheckt. De zogenoemde ‘warme koffers’ gaan direct het vliegtuig in. De ‘koude koffers’ gaan – als er tijd is – via een transportband naar het personeel. Zij brengen de bagage dan naar het vliegtuig, vervolgens worden de koffers dan in het ruim geladen.

Toch raken koffers wel eens kwijt, dit kan verschillende oorzaken hebben. Schiphol heeft meer dan 400 servers voor het bagagesysteem waar wel eens iets mis mee kan gaan. Zoals een storing in het systeem waardoor het transport vastloopt, hierdoor vertraagt de bagage waardoor het de vlucht mist. Maar een koffer kan ook ergens in het systeem blijven haken aan een wieltje of een hengsel. Voor deze opstoppingen zijn er servicepartijen, waarbij een werknemer handmatig de blokkerende koffer terugbrengt in het systeem. Het gaat het vaakst mis bij het overstappen, de bagage gaat dan simpelweg te traag door het systeem om het aansluitende vliegtuig te halen. De kans dat een koffer door personeel gestolen is, is niet groot. Alle werknemers worden uitvoerig gescreend voor ze worden aangenomen.

Wil je zélf eens de ‘reis’ ervaren die je koffer aflegt, bekijk dan onderstaande video:

(Bron afbeelding: Hart van Nederland)

Wat is pepperspray?

Onlangs kwamen Bulgaarse agenten in het nieuws toen ze probeerden een groep demonstranten voor het Bulgaarse parlement te verjagen. Door de harde wind waaide hun pepperspray de verkeerde kant op en kwam het in hun eigen ogen terecht. Maar wat is pepperspray eigenlijk?

Pepperspray (ook wel OC-gas genoemd, van oleoresin capsicum) is een spray die als werkzame stof het prikkelende extract uit chilipeper (capsaïcine) bevat. Je kan dit extract onder andere ook tegen komen in bijvoorbeeld Fisherman’s Friends, Midalgan (wrijfmiddel tegen stijve spieren), tabasco en chilli. Het capsaïcine wordt gehaald uit de vruchten van de planten uit de Capsicumfamilie. Uit deze vruchten wordt het oleoresin capsicum geëxtraheerd in bijvoorbeeld ethanol. Het ethanol wordt daarna verdampt waarna het oleoresin capsicum overblijft. Deze stof kan daarna worden opgelost in water door toevoeging van een emulgator zoals propyleenglycol.

Effecten

Pepperspray heeft een sterk prikkelend effect op de huid en op de slijmvliezen, met name de ogen, zonder daarbij ernstige of blijvende schade te veroorzaken. Het resultaat is dat iemand onmiddellijk zijn ogen sluit. Vaak ontstaat er ook een paniekreactie bij de persoon; men ziet niets, heeft vreselijke pijn en de ademhaling verloopt moeilijk. Pogingen tot verzet worden meestal gestaakt waardoor de persoon over het algemeen kan worden ingerekend.

Eerste hulp

Capsaïcine is niet oplosbaar in water. Zelfs grote hoeveelheden water wassen het niet weg. Slachtoffers worden vaak geadviseerd om veel te knipperen met hun ogen om traanvorming te bevorderen. Het traanvocht bevordert het wegspoelen van de capsaïcine. Om te voorkomen dat de spray in de huid wordt gewreven, en daarmee het brandende gevoel verergeren, moeten slachtoffers zoveel mogelijk vermijden om besmette plaatsen aan te raken. Daarmee wordt ook voorkomen dat de spray wordt verplaatst naar andere lichaamsdelen. Het slachtoffer moet verder met speciale verkoelende vloeistof behandeld worden. Op het politiebureau kan de verdachte vervolgens de spray volledig uit de ogen spoelen. 

Legaliteit

In Nederland is het dragen en gebruiken van pepperspray uitsluitend toegestaan voor politieambtenaren, de koninklijke marechaussee en buitengewoon opsporingsambtenaren. Zij mogen pepperspray inzetten tegen personen en dieren. Al mag het niet tegen groepen personen, zichtbaar zwangere vrouwen of personen zichtbaar ouder dan 65 worden ingezet, en moet het gebruik ervan duidelijk worden aangekondigd, tenzij dit door bijvoorbeeld noodweer niet meer mogelijk is. Ook mag er nooit meer dan twee maal, één seconde gespoten worden en dient de afstand minimaal 1 meter te zijn.

Pepperspray valt in categorie II van de Wet Wapens en Munitie. De maximale straf voor het bezitten of dragen van pepperspray is een geldboete van de vierde categorie (tot € 20.750) of een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaar.

(Bron afbeelding: NH Nieuws)

Waarom is ‘Wie is de Mol?’ zo’n groot succes?

Gisteren was alweer aflevering drie van Wie is de Mol? seizoen 19 op televisie, met weer een onwijs grote cliffhanger aan het eind. Hoe dit afloopt, zullen we pas volgende week te weten komen… Dan rijst bij mij de vraag waarom Wie is de Mol? zo’n groot succes is (en blijft)?

Het lijkt best een kinderachtige formule: volwassen mensen die in een ver land een spelletjesparcours afleggen, terwijl één deelnemer de rest voor de gek houdt.

Het succes is voor een groot deel te danken aan de slimme montage. Kijkers raken verslaafd aan de hints die de programmamakers geven in de speurtocht naar de mol. Het is spannend als iemand zich anders voordoet dan hij is. Als kijker wil je die persoon ontmaskeren. Het kan zelfs leiden tot complottheorieën en tunnelvisie. Jij weet zeker dat hij of zij de mol is. 

En die overtuiging activeert weer genotstofjes in je hoofd waardoor je maar wat graag wilt blijven kijken. Verslavende tv dus, kijkers moeten na afloop ook echt afkicken. 

(Bron afbeelding: YouTube-kanaal Wie is de Mol?)